Agressieve rooie hartendiefjes

Omstreeks deze tijd ontwaak ik uit mijn winterslaap. De dagen worden langer, de zon begint feller te schijnen en het is niet meer zo verschrikkelijk koud. En het Tuinvirus begint bij mij weer te kriebelen. Waar ik een of twee weken geleden dacht: “Zal ik wat in de tuin doen? Eigenlijk moet dit en dit en dit –nou nee, vandaag toch maar niet”. Nu denk ik: “Ha, ik heb er zin in! Wat kan ik eens gaan doen vandaag.”

Dus ik ga mijn tuin in en haal mijn bladton eens leeg –hm, niet zo goed verteerd als ik verwachtte, gelukkig wel goed genoeg verteerd dat ik het kan uitspreiden – en daar komt hij al langs. Mijn gevederde vriend, het Roodborstje.

Wat een hartendiefje!

Altijd als ik in de tuin in de winter met een klusje bezig ben dat met rommelen in de bodem te maken heeft, komt er eentje aan. Hij –of zij, dat is bij Roodborstjes knap moeilijk te zien – gaat dichtbij zitten en kijkt je even bedachtzaam aan: ‘Ben jij gevaarlijk of kan ik het wagen?’ Als ik dan rustig blijf kijken, dan ben ik blijkbaar niet gevaarlijk en: floep! Hij vliegt naar beneden, pikt razendsnel een beestje uit de omgerommelde aarde en maakt dat hij wegkomt. Veilig weer de struiken in. Want ik zie er dan wel niet gevaarlijk uit, maar je weet het maar nooit, natuurlijk.

Wat is een Roodborst toch een schattig vogeltje, een hartendiefje. Parmantig zit hij, recht omhoog, met zijn mooie, oranjerode borst. Als ik en mijn medetuiniers in de Parsonage Gardens aan het vrijwilligerswerk zijn, komen de Roodborstjes ook altijd kijken. En dan stopt iedereen even met werken en zegt precies hetzelfde: “O, wat een schatje!” Bij mijn vader op de volkstuin ging het Roodborstje altijd op de kop van de steel van de schop zitten, als hij in de winter aan het spitten was. En dat vond mijn vader hartstikke leuk. “Hij komt zo dichtbij”, zei mijn vader dan. “Je kunt hem bijna aanraken!”

Vrolijk babbelend liedje

De Roodborst bij mij in de tuin gaat ’s avonds en ’s ochtends altijd in een boom zitten en zingt dan een vriendelijk liedje. Het doet mij altijd denken aan een klein beekje dat over stenen borrelt.

Maar aan dat liedje is eigenlijk niet zo veel vriendelijks. Over het algemeen is dat heel rustig, dat liedje. Maar als in de tuin ernaast nog een Roodborst zingt, dan wordt ‘mijn’ Roodborst erg zenuwachtig. Dan wordt er wat luider gezongen. En dan wipt hij even naar een ander plekje, om daar ook zijn liedje af te draaien. En nog een. En nog een. Want het liedje zegt eigenlijk: ‘Dit is mijn plek en dat moet iedereen wel even beseffen’. En als die concurrent in de buurtuin aan het zingen is, dan wordt het liedje: ‘Dit is mijn plek en waag het niet over de grens te komen. O, en voor je het vergeet: Dit is de grens.’

Vechten!

Komt broeder Roodborst wel over die grens, dan is het hommeles. En goed ook. Er wordt een stevig gevecht aangegaan, waarbij mijn Roodborst naar voren vliegt en zijn poten ferm op de borst van broeder-indringer zet. En niet stopt met aanvallen voordat de indringer hem is gepeerd. Maar broeder Roodborst is van hetzelfde hout gesneden en probeert eveneens de poten vol op de borst van mijn Roodborst te zetten. Vechten! Een kroeggevecht is er niks bij, dit is bloedserieus. Niks praten, opzouten! Als je veel in de tuin kijkt en je hebt Roodborsten in de omgeving, dan heb je grote kans om dat een keer te zien.

Het is die oranje borst die Roodborsten zo agressief maakt. Bij wijze van experiment hebben ze eens twee Roodborsten genomen waarbij ze bij de ene de borst groengeverfd hadden. De ‘rode’ Roodborst liet de groene met rust. Helaas zag de ‘groene’ Roodborst een rode borst bij de ‘rode’ Roodborst en viel genadeloos aan. En de ‘rode’ Roodborst vocht niet terug, maar koos het hazenpad. ’t Is toch merkwaardig.

Alleen midden in de winter, als het stervenskoud is en overleven het motto, tolereren Roodborsten elkaar. Dan kan je er soms drie of meer bij elkaar zien zonder dat er hommeles van komt.

’t Is de liefde..

Of…soms zie je wèl twee Roodborsten bij elkaar zonder te vechten. Regelmatig een liedje tegen elkaar zingend, heel zachtjes. “Ben jij wat ik denk dat jij bent?”, zingen ze dan. “En wil jij mijn partner zijn? Samen een nestje bouwen? Met eitjes en jongen erin?” Als het antwoord ‘Ja’ is, dan zingt de andere Roodborst hetzelfde liedje zacht terug en trilt een beetje met de veertjes, net alsof het een jong is. En de eerste Roodborst trilt op dezelfde manier met de veertjes terug. Cupido is langs geweest met zijn pijlen en dit is een Date. In de liefde kom je niet ver als je begint met je poten vol op de borst van je partner te zetten. Dan is een vriendelijker strategie noodzakelijk.

Dan zijn ze zo lief tegen elkaar! Zo schattig! Totdat er een andere Roodborst in de buurt komt. Dan wordt de hofmakerij even onderbroken voor een stevig potje matten met de indringer. Het vrouwtje wacht ondertussen rustig in de struiken totdat ze zijn uitgevochten. En dan gaat het gekoer weer verder, alsof er niks gebeurd is.

Agressieve rooie hartendiefjes, dat zijn het. Ik zou ze niet willen missen.

Ik zou het leuk vinden als dit blog je heeft geïnspireerd. Zou je dat met mij willen delen?

Kun je wel wat hulp gebruiken bij natuurlijk tuinieren? Wil je meer weten over de planten en dieren in jouw tuin? Wij helpen je hier graag bij!
Wij hebben een zeer waardevolle Persoonlijke en Interactieve Tuinkalender ontwikkeld, afgekort PIT, met online support.
>>Hier kun je zien wat PIT jou kan bieden<<

Facebook
Pinterest

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *