De Floriade

De Floriade

Ik ben naar de Floriade geweest.

Nou al? Ja, nou al. Op maandag 18 april, nog geen week na de opening. Dat was een beetje toeval. Ik was in Nederland met de familie en we zochten een familie-uitje. En de vorige Floriade was goed bevallen. Dus nu gingen we weer.

Tuin-ideeën opdoen.

Ik ga om twee redenen naar de Floriade. Allereerst ga ik om tuinen te kijken, net als iedereen. Kijken of ik nog leuke tuin-ideeën op kan doen. Op de Floriade staan namelijk heel veel tuinen dicht bij elkaar. Dus dan zie je veel verschillende tuinen (is het idee) zonder dat je stad en land hoeft af te reizen. Er zit altijd wel een tuinidee tussen waarvan ik zeg: heee! Tien jaar geleden was dat de prairytuin. Geen grasveld, maar een prairymengsel. Dat maai je één keer, nou vooruit, misschien twee keer per jaar. Weinig onderhoud, dus. Daar werd ik heel vrolijk van, want er zaten veel bloemen in.

Saaie stadstuinen en een kale bedoening.

De tweede reden waarom ik ga is om te kijken hoe het staat met de Nederlandse inzendingen (lees: voorbeeldtuinen). Tien en twintig jaar geleden werd ik daar niet zo vrolijk van. Veel steen en hout, strak geschoren struiken en weinig bloemen. Saai. Ze hadden toen wel een aantal tuintjes van 40 vierkante meter; inspiratie voor de gemiddelde stadstuin. De hoveniersvereniging noemt namelijk alle tuinen kleiner dan 100 m2 ‘klein’, maar een tuin van 100 m2 richt je anders in dan eentje van 40 m2. En je mag één keer raden hoe groot hun voorbeeld-kleinetuinen in het vakblad zijn. Precies. Dan ben je blij met die Floriade-tuintjes. Alleen die bloemen hè, die bloemen. Die moeten er van mij toch echt in.

Gelukkig zijn er nog de buitenlandse inzendingen. Die doen meestal niet aan strakke hagen. Daar zijn vaak veel bloemen en die zijn dan ook mijn favoriet.

Alleen: Op 2e paasdag moest ik me tevreden stellen met een páár tuinen. Want wat ze in de krant zetten is wáár: De Floriade was op 2e paasdag nog niet af. Ik zag nog veel kale vlakken.

Natuurlijk, er zijn excuses. Covid (hoewel hoveniers mochten doorwerken) en die vreselijke hoeveelheid regen die deze winter gevallen is. Maar ja, dan is het extra pijnlijk dat sommige dingen wèl af zijn.

Tuinen uit China, Japan en Quatar en en Duits vegetarisme.

Ondanks Covid en regen hebben China en Japan hun paviljoens en met name hun tuinen tip-top in orde. Bij China leek 1 paviljoen nog niet af – maar ze hebben er drie en het was niet duidelijk of dat ene paviljoen überhaupt voor bezichtiging bedoeld was. De grote tuin is fraai ingericht met heel veel bamboe, aangevuld met diverse soorten bloeiende planten, waaronder enkele cultivars die nieuw voor mij waren. Er waren veel (gewoven bamboe) zitjes waarop je rustig kon gaan zitten om alles in de tuin op je in te laten werken. Heel mooi. En Zen.

Bij het Japanse paviljoen vielen op: een groot veld van zachtroze en witgele tulpen, prachtig Japans snoeiwerk, bijzonder bloemschikwerk (Ikebana) en niet te vergeten hele maffe rozen. Wat te denken van dubbelgevulde rode rozen met een groen hart? Welke debiel verzint zoiets, zou je dan denken, maar op de een of andere manier bleef ik er naar kijken. En natuurlijk hadden ze twee prachtige Bonsai boompjes, waaronder een kweepeer.

Naast de tuin van Japan lag de tuin van Quatar. Wat moet een woestijnland als Quatar nou met een tuin op de Floriade? Nou, ze hadden een tuin met als thema vergroening van de woestijn. Met twee bedoeïenententen waarin je kon gaan zitten voor de echte woestijn-ervaring.

Het Duitse paviljoen was –uiteraard, zou ik bijna zeggen- ook af. De plantjes waren nog jong, maar ze stonden er wèl allemaal in. Geen kale plekken bij de Deutsche Grundlichkeit. Ook hier enkele nieuwe cultivars gezien. En ze hadden twee restaurants. Een Duits restaurant met Bratwurst. En ook, jawel, een vegetarisch restaurant. 20 jaar geleden was dat bij onze obligaat vleesetende oosterburen nog ondenkbaar.

Geen beschimmelde muren, maar muren van schimmel.

Wat niks met bloemen te maken had en weinig met tuinen, maar wat ik wel geweldig vond om te zien, was een modulair eco-huis. Wat dacht je van een binnenmuurtje van geluidsdempende geperste schimmelplaten? Een drinkglas van zeewier? Of een isolerend wandje van geperste hennepvezels? Allemaal volledig vervang- en recyclebaar. En het was nog mooi ook.

Is het de moeite waard?

We waren er veel te kort en hebben beslist niet alles kunnen zien. In de toegangsprijs zat veel niet, maar wel een (enkel) ritje met de kabelbaan, die boven het terrein zweeft en waarmee je de hele Floriade kunt overzien. We konden toen ook heel goed zien dat de rest van het terrein eveneens nog niet af was. Het rosarium zag er al wel veelbelovend uit.

Ik ga naar de Floriade om rond te kijken en inspiratie op te doen voor tuinen. En om antwoord te krijgen op vragen. Zijn Nederlandse ontwerpers nog steeds bezig met kale tuinen met hier en daar wat schaamgroen-bollen? Of snappen ze eindelijk dat een jacuzzi in de tuin leuk is, maar bloemen essentieel? Zijn er nu eindelijk ècht ecologische voorbeeldtuinen? Daarvoor zal ik nog eens terug moeten komen. Ik hoop nu echt…..

Vind ik het de moete (en kosten!) waard? Ik denk dat met een maand de tuinen wel af zijn. Als je dan een dagje Floriade doet en vroeg begint, dan zie je heel veel leuke dingen en mooie tuinen. Heb je een seizoenskaart aangeschaft, kom dan snel om de tulpen-selecties te bekijken voordat die zijn uitgebloeid. En dan kun je nu al genieten van een aantal buitenlandse inzendingen die al af zijn (met veel bloemen), zonder dat je over de hoofden hoeft te lopen. Als ik de foto’s vergelijk, vind ik dat er op deze Floriade nu al veel meer bloemen staan dan op die van 2012. Dat kan alleen maar beter worden.

Een dag Floriade is ook een mooie gelegenheid om uit te vinden welke tuinen en planten je nu mooi vindt of niet. Handig als je je tuin nog een keer wil veranderen!

Floriade tuinen
Facebook
Pinterest

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *