Een bijzondere vogel in de tuin: De Goudvink.

Goudvink in de tuin

Ik weet het nog goed, het was op 2 juni, tijdens het ontbijt. Altijd hectisch, want het was een schooldag en de bus wacht niet. Toen zei er eentje: Wat is dat voor een vogeltje, mamma? Met die mooie, roze borst?

Dat was een mannetjes Goudvink en ik was prompt de hele school vergeten. Ik had die vogel maar 1x eerder in mijn leven gezien en nu! In mijn eigen achtertuin! Gelukkig hield de rest van het gezin wel de hersens bij elkaar en werd de bus gehaald.

De Goudvink is een forse vink. Hij is niet veel groter dan de gewone Vink, maar lijkt veel forser, met name doordat hij een ‘stierennek’ heeft. In het Engels heet hij ook stiervink: Bullfinch. Dus niet, wat je zou verwachten, Goldfinch. Die hebben ze wel, de Goldfinch. Een Goldfinch is in Engeland wat wij in het Nederlands een Puttertje noemen. Dat is knap verwarrend. Want het Puttertje zie je bij ons bijna elke dag. Die Bullfinch, de Goudvink, niet. Als je dus enthousiast zegt dat je een Goldfinch in de tuin hebt, wordt er beleefd geknikt: ‘O, nice’. Maar ze snappen niet dat je je daar zo druk over maakt. Als je daarentegen zegt dat je een Bullfinch hebt gezien….

Mijn Goudvink bleek de tuin wel prima te vinden en dus kwam hij regelmatig terug. En toen zag ik: Verrek, er is er nóg een! Het vrouwtje. Die is véél minder opvallend. Die heeft geen mooie roze borst, maar een bruine-met-een-roze-tint. Valt niet op met haar zwarte kapje. Je ziet haar makkelijk over het hoofd, zelfs als ze vlak voor je op het straatje zit.

Nu komen ze al enkele jaren in de tuin. En valt op dat ze een ritueel hebben. Dat gaat zo.

Het mannetje komt de tuin in en gaat met zijn opvallende roze borst pontificaal in een boom of struik zitten. Dat valt wel op en trekt de aandacht. Daardoor valt het niemand op dat er nog een goudvink mee komt, het onopvallende vrouwtje. Die kan rustig rondscharrelen, nestmateriaal verzamelen, eten en al die dingen doen die ze moet doen. Ondertussen houdt manlief vanaf zijn overzichtspost zowel haar als de omgeving in de gaten. Verkast zij, dan gaat hij er achteraan, maar wel zo, dat het nauwelijks opvalt dat hij haar volgt. Elke keer naar een opvallende plek: Zie mij eens! Als je niet weet dat ze met z’n tweeën zijn, lijkt het echt of hij in zijn eentje in je tuin zit.

Goudvinken houden van het eten van bloemknoppen in het voorjaar (en zijn daarom NIET geliefd bij fruitkwekers) en van bessen en zaden in het najaar. Nou, in mijn behoorlijk wilde tuin met bramen en vuurdoorns kunnen ze hun hart ophalen. Ze zaten overigens in de bramen toen ik ze voor de eerste keer zag. De bloemknoppen op te vreten, maar daar zat ik niet mee. Maar waar ze het meest in zaten, dat was de wilde geranium. De èchte wilde geranium, ook wel bekend als de ooievaarsbek. Onkruid voor de meeste tuiniers, maar onweerstaanbaar voor mijn goudvink.

Ze zijn echt heel erg dol op die ooievaarsbekken in mijn tuin. Ik zat laatst te lezen in mijn tuinstoel, die vlak voor een veldje ooievaarsbekken staat. Totdat ik recht boven mijn hoofd een zacht ‘djuup’ hoorde. Ik kijk omhoog en wie zit daar? Het vrouwtje Goudvink, op ongeveer 1,5 meter boven mijn hoofd. Zenuwachtig heen en weer wippend om te kijken of ze het aandurfde om vlak bij mij in het luilekkerland van de ooievaarsbekken te landen. Toen ze zag dat ik opkeek, vloog ze weg, jammer. Toch te eng. Inmiddels zijn ze al een paar keer terug geweest. Als ik niet in die stoel zit.

Zolang die Goudvink in mijn tuin komt, hoeven de ooievaarsbekken niet bang te zijn voor de schoffel. Nee, echt! Ik haal bij wijze van spreken nog liever mijn rozen weg. Zo’n leuke, bijzondere vogel…

.

Facebook
Pinterest

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *