Betrapt! Daar zit hij weer, tussen de bessen van de Vuurdoorn. Het is een mooi contrast, zwart tussen de oranje bessen. De mannetjesmerel kijkt me schaapachtig aan en maakt dat hij wegkomt. Ik heb het gevoel dat hij zich schuldig voelt – maar dat zal wel verbeelding wezen, want hij komt iedere keer weer terug. De hoeveelheid bessen neemt zienderogen af. Het zal niet lang duren of er is er geen een meer over.
Daar hebben we gelijk het dilemma dat je krijgt als je echt een tuin gaat maken die rekening houdt met wat vogels willen. Want de kant van mijn tuin waar de Vuurdoorn staat, kleurt mooi oranje door de bessen die er in de herfst aanzitten. Dus in de herfst heeft die kant een prachtige kleur. En dat kan tot ver in de winter doorduren.
Tenminste…als er geen merels (en lijsters) op bezoek komen. Want die vinden de bessen van de Vuurdoorn ongelooflijk lekker. Ze eten er hun buikje aan vol en de plant leeg. Half november is er geen bes meer te bekennen. Dag, fraaie herfstkleur! De Vuurdoorn is weer saai groen.
En dat is nog niet alles. Want ik heb ook nog een Cotoneaster staan. En die Cotoneaster heeft in de herfst óók prachtig rode bessen. Maar die zijn blijkbaar nog lekkerder dan die van de Vuurdoorn, want er zit er geen één meer aan. En het moet nog november worden.
De bessen van de Taxus vinden merels en lijsters ook heel erg lekker. Misschien wel het lekkerste van allemaal, want die Taxus wordt het eerste kaalgevreten. Als ik dus een hiërarchie van lekkerste bessen voor lijsters zou moeten opstellen, dan zou ik zeggen: Op de eerste plaats de Taxus, dan de Cotoneaster en dan de Vuurdoorn.
Op een hele lage plaats staat de Hulst. Die bessen blijven heel lang aan de struik zitten. Er zit geen merel in te schrokken. En dat is natuurlijk ook een oplossing; zet een paar Hulststruiken neer in plaats van die Vuurdoorn of Cotoneaster. Maar dan moet je wel weten wat je doet, want mijn tuin staat vol met Hulststruiken en in de meesten daarvan is geen bes te bekennen. Het zijn namelijk allemaal mannetjes en dan kun je wachten tot je een ons weegt, maar bessen komen er niet aan. Dat is dus wel even iets om op te letten als je voor de Hulst kiest. En dan hebben we het nog niet eens over de smerig scherpe stekels die aan de bladeren zitten.
Een plant die misschien nog lager op de voorkeurslijst voor lijsters staat is de Prachtbes ofwel Callicarpa. Die struik krijgt in oktober mooie paarse besjes en die blijven heel lang aan de plant zitten, want er zit geen vogel aan. Niet te vreten, blijkbaar.
Dan heb je nog die nieuwe ster aan het firnament: de Fazantenbes. Die staat sinds dit jaar ook in mijn tuin. En in het openbare plantsoen om de hoek. En op nog veel meer plaatsen. Ik heb hem niet in mijn tuin geplant, hij stond er opeens zomaar. En de gemeente heeft in het plantsoen om de hoek al jaren niet meer gesnoeid, laat staan iets geplant.
Nee, die plant is daar geplant door een vogel. Die had van de fazantenbes gegeten en ging toen in een tak in mijn tuin zitten en heeft daar wat laten vallen – en zo kwam ik aan mijn Fazantenbes. Die vogel is denk ik een lijster geweest. Een fazant is het zeker niet geweest, al heet dan ding nog honderd keer een Fazantenbes. Want ik heb nog nooit een Fazant in mijn tuin gezien.
De Prachtbes is trouwens geen oplossing voor mijn tuin. Die wil op een zonnige plek staan en laten echt zonnige plekken nou in mijn tuin nauwelijks te vinden zijn. Dat gaat dus niet werken. Dat vind ik erg jammer, want ik vind hem wel mooi. Maar ja, zo is het leven. Ik verzin wel wat anders.
Zit jij ook met zo’n dilemma in je tuin?
Misschien is deze cursus dan wat voor jou: ‘Zelf je tuin Ecologisch inrichten’.
In 10 stappen maak je je eigen tuinplan, helemaal naar je eigen smaak.
Met of zonder Taxus, Cotoneaster, Vuurdoorn, Hulst, Fazantenbes of Prachtbes.
Geniet je van mijn tuinverhalen en wil je ze iedere week gratis in je mailbox ontvangen?
Druk dan op de knop hieronder, een kind kan de was doen.