Toen ik jong was, was ik al gek van planten. Van wilde planten welteverstaan. Ik kon er geen genoeg van krijgen. Op wandelingen keek ik naar wat er langs het pad groeide, op zoek naar ‘nieuwe’ plantensoorten, dat wil zeggen plantensoorten die ik nog niet kende.
De Biologieclub
Toen ik naar de middelbare school ging, viel mijn blik op een plakkaat in de hal van de school: de excursieagenda van iets wat ‘De Biologieclub’ werd genoemd. Er waren dus meer van die lieden zoals ik, ze hadden een club en je kon er lid van worden! En zo geschiedde. Diezelfde club had afgelopen weekend een reüniekampje in de Eiffel. Ik was –uiteraard- van de partij.
De Eiffel is een wat extremere versie van het Limburgse landschap. De heuvels/bergen zijn wat hoger, de dalen wat dieper, er zijn stuwmeren. Waar wij zaten was Nationaal Park. Je kunt er prima wandelen en stevige wandelingen met veel oog voor vogels en planten stonden dan ook op het programma. Het was knap warm, 26 graden, en we waren dus blij dat het grootste deel van de excursie door de bossen ging.
Het was heerlijk om in de bossen al die wilde planten te zien. Rapunzel, Bosviooltjes, Nagelkruid, Grote Brandnetel…vlindertjes en hommeltjes en wilde bijtjes er boven…
Ik heb wel eens met iemand die niets van wilde planten afwist door zo’n bos gelopen. Hij vond het geweldig om van de planten langs het pad de namen te horen. Dat er zoveel soorten door elkaar in de wilde natuur groeien, dat had hij nooit verwacht.
Tuinplanten in de wilde natuur
Maar op een gegeven moment was hij toch een beetje verbijsterd. “Moet je nou kijken!” Zei hij. “Hebben ze hier nou Lelietjes van Dalen neergezet? Dat kan toch niet?” Hij was diep verontwaardigd. Tuinplanten moesten in de tuin blijven, en niet neergezet worden in de wilde natuur.
Soms vergeten we dat onze tuinplanten niet uit de lucht zijn komen vallen. Ergens op de wereld zijn het gewoon wilde planten in het bos, langs het water of op de rotsen. Lelietje van Dalen is bij ons een plant die van nature in bossen groeit, liefst een beetje in de buurt van het pad, want daar heeft hij een tikkie meer licht. Niks neergezet, dus. Gewoon wilde natuur.
We kwamen meer van dat soort ‘tuinplanten’ tegen. Ook Lievenvrouwenbedstro groeide langs de kant van het bospad. Vijf minuten lopen later stonden groepjes (kruipend) Zenegroen. Het bosaardbeitje stond nog twee stappen verder vrolijk te bloeien. Dat doet het in mijn tuin ook.
Hazelaars stonden er in overvloed. Af en toe kwamen we ook de Gelderse Roos (Viburnum opulus) tegen. Gewoon aan de bosrand. Niet de Sterile met de witte sneeuwbalbollen van bloemen, maar die met bloemen die op de ‘lacecap’ Hortensia lijken en in de herfst rode bessen hebben. Die kun je trouwens ook in het tuincentrum kopen. Ja, de kwekers zijn er uiteraard met hun tengels aan geweest om er cultivars van te maken (onder andere die Sterile), maar de wilde planten die ze oorspronkelijk waren, zijn nog goed te herkennen.
Ga eens op ontdekking
Mijn kennis was diep onder de indruk. Op een gegeven moment vond hij het zo leuk, dat hij het hele bospad afspeurde naar andere wilde tuinplanten. Hij ontdekte nog een Wolfsmelk en de Kervel, maar dat laatste had hij mis. Het bleek Dolle Kervel te zijn. Die kun je maar beter niet door elkaar halen, want Dolle Kervel is knap giftig.
Dat is trouwens misschien een ideetje voor als je een beetje in de buurt op vakantie gaat. Wandel eens door een natuurlijk bos en probeer daar wilde ‘planten uit je tuin’ in te ontdekken.
Vind je die, laat je het me weten?
Kun je wel wat hulp gebruiken bij natuurlijk tuinieren?
Wil je meer weten over de planten en dieren in jouw tuin?
Wij helpen je hier graag bij!
Wij hebben een Persoonlijke Interactieve Tuinkalender waarbij je op een simpele en leuke manier leert tuinieren. Je kunt er direct mee starten.
1 Reactie op “Maar die plant staat ook in mijn tuin.”
Hoi Els,
Momenteel verblijf ik in Tsjechië en hier in de natuur ben ik al het 1 en ander tegengekomen van wat ik thuis ook in de tuin heb: adderwortel, varens, spirea en vergeet-me-nietjes.
Groeten Josella