“Mooi huis heb je. Alleen jammer van je tuin.” Dat was het commentaar dat ik van iedereen die me in mijn nieuwe huis kwam bezoeken kreeg. “Je hebt een schaduwtuin”, zeiden ze, met een gezicht alsof ik maar beter de begrafenisondernemer kon bellen.

Ik kon er niet mee zitten, die schaduwtuin. Zoveel schaduw was het nou ook weer niet. Vond ik. OK, de zon verdween op een gegeven moment achter een huis, maar het was toch licht genoeg? De tuin was gericht op het Zuidoosten. Als het nou op het noorden was…

Geen Tuin Op Het Zuiden

Wist ik veel. Want wat bleek: Er is maar 1 tuin in tuinenland en dat is de Tuin Op Het Zuiden. “O, we hebben geboft, we hebben een huis met een Tuin Op Het Zuiden!” Of deze: “Het huis was wel wat duurder, maar ja, het had wel een ruime Tuin Op Het Zuiden.”

Mijn vader, die toen nog in leven was, zag het samen met mij niet zo somber in. Licht genoeg, vond hij. Ja, je kunt niet alles overal neerzetten, maar dat was toch geen probleem? Hij gaf me zelfs een druif om in mijn tuin te zetten. En een advies waar hij het beste kon staan. En voor een druif moet je toch wel een beetje zon hebben.

Volle zon

Later, toen ik me meer ging verdiepen in tuinieren en de termen een beetje leerde kennen, viel het kwartje. Want je hebt in de tuin de termen volle zon, halfschaduw en schaduw. En wat is volle zon? Een tuin of plek in de tuin die minimaal 6 uur per dag is de zon staat. En dan begint de verwarring, want als de zon pas om 3 uur ’s middags in je tuin komt en tot half 10 ‘s avonds blijft schijnen, dan heb je toch geen volle zon. Ook al heb je die zon 6,5 uur. Nee, volle zon betekent 6 uur koperen ploert, waarvan toch bijna de helft op volle sterkte.

Halfschaduw

Heb je de zon minder dan 6 uur op je planten, maar meer dan 3 uur, dan heet dat halfschaduw. Nou, daar stond ik wel even van te kijken. 5 uur zon in je tuin en dan heet het nog schaduw? Weliswaar half, die schaduw, maar toch…Dat is volgens de ene expert dan. De andere heeft het over minimaal 3 en maximaal 5 uur, een derde over minimaal 2 en maximaal 5 uur, de vierde over minimaal 2 en maximaal 4 uur zon per dag. Er is dus nogal wat discussie in halfschaduwland.

Schaduw

Maar dan heb je schaduw. Schaduw betekent niet dat je helemaal geen zon in je tuin kreeg (wat ik eerst altijd dacht), maar minder dan 2 uur zon per dag. Of 3 uur –weer afhankelijk van de expert. Dus die tuin zit 2 uur per dag helemáál niet in de schaduw. En toch heet het een schaduwtuin. Merkwaardig. Ik dacht altijd dat een schaduwtuin een tuin was waar helemaal nooit rechtstreeks zon in kwam. Dat heb je ook. Maar zelfs dan kan de tuin nog behoorlijk licht zijn, als het licht van de zon via witte muren je tuin in komt. Vergelijk dat maar eens even met de schaduw van een dicht sparrenbos. Als je die sparrenbos-schaduw hebt, dàn heb je pas een probleem als tuinier. Want dááronder wil bijna nìks groeien.

Prima tuin, die halfschaduwtuin!

Met die tuin van mij viel het allemaal wel mee, dus. ’s Ochtends kwam al vrij vroeg de zon in de tuin en om vier uur verdween het laatste straaltje. Halfschaduw dus, bijna zonnig zelfs. De druif deed het dan ook prima (tot hij te prooi viel aan de gegroefde lapsnuitkever, maar dat is een ander verhaal).

Mijn rozen en mijn passiebloem deden het ook uitstekend. In het voorjaar barstte het van de tulpen en narcissen. En mijn perenboom gaf goede peren.

Hoe meer we in de jaren 2010 en verder kwamen, des te tevredener werd ik met mijn Halfschaduwtuin. Want ik had ook een dakterras. Lekker in de zon zitten, dacht ik. Wegsmelten in de zomer leek er meer op. Dus ging ik maar naar beneden, mijn tuin in. Als iedereen zat te puffen onder zijn parasolletje, zat ik lekker in de schaduw van een muur en mijn Griendwilg in mijn Halfschaduwtuin. In mijn heerlijke Niet-Op-Het-Zuidentuin.